Beste vrienden,In het kerstreces waren we met ons gezin een weekje in Normandië.

Een paar dagen weg, om even op adem te komen na een intensieve verkiezingscampagne. Een week om even samen te zijn. Maar ook om onze twee jongens iets mee te geven over de prijs die is betaald voor onze vrijheid. We bezochten de stranden waar op 6 juni 1944 jonge Amerikanen, Britten en Canadezen aan land kwamen en vochten voor hun leven.Omaha Beach, Gold Beach, Juno Beach… In de verte zijn de restanten van de kunstmatige haven die de geallieerden hebben aangelegd, nog goed te zien. Op het strand liggen de verroeste caissons, als herinnering aan D-day. We bezochten Pointe du Hoc, de klif van een meter of dertig hoog, waar de jongens van de Amerikaanse 2nd Ranger bataljon met touwladders en enterhaken in doodsgevaar naar boven klommen. Een bloederige strijd volgde; om elke meter werd gevochten. Rond het middaguur verzond kolonel Rudder een radiobericht: “aangekomen op Pointe du Hoc – missie volbracht – munitie en versterkingen nodig – zware verliezen…”Van de 225 Rangers werden er 135 uitgeschakeld. Gewond of dood. We wandelden met onze jongens over de Amerikaanse begraafplaats, met uitzicht op Omaha Beach. Een zee van witte kruizen, rij na rij. Bijna tienduizend jonge jongens, soms net 18 jaar oud. Ze vochten voor de vrijheid van de westerse wereld, voor de vrijheid van onderdrukking, voor een wereld waarin ieder mens telt. Wat mij het meeste trof, in de musea die we bezochten, waren de gezichten van deze jonge mannen. Nummers werden namen, getallen kregen een gezicht. Jonge mannen, kinderen nog, met op hun gezicht die uitdrukking van wanhoop, strijdlust, naïviteit en moed. Deze gezichten deden me denken aan het gedicht van Gerard Reve, Graf te Blauwhuis. Het gedicht gaat zo:Hij rende weg, maar ontkwam niet,en werd getroffen, en stierf, achttien jaar oud.Een strijdbaar opschrift roept van alles,maar uit een bruin geëmailleerd portretGij, die koning zijt, dit en dat, wat niet al,Dat Koninkrijk van U, weet U wel, wordt dat nog wat?En tegelijkertijd kwam daar, in Normandië, nog harder bij me binnen, dat de strijd van deze jonge jongens geen strijd is van 80 jaar geleden; Maar dat op tweeduizend kilometer vanaf deze plek Oekraïense jonge mannen en vrouwen, in hun schuttersputten en loopgraven, eenzelfde strijd voor vrijheid leveren.Het zijn dezelfde gezichten, dezelfde wanhoop én strijdlust, dezelfde naïviteit én moed. Voor Poetin tellen mensenlevens niet; de levens van Oekraïners niet, maar ook de levens van zijn eigen mensen niet. De strijd van Oekraïne is een strijd tegen een gewetenloze dictator, die critici zoals Aleksej Navalny oppakt, opsluit en vermoordt.Voor het CDA is het glashelder: Nederland én Europa zullen Oekraïne moeten blijven steunen. Met geld en met wapens. Daar valt niet over te onderhandelen. Want Poetin stopt niet.Het is zoals schrijfster Lisa Weeda het omschreef: Je wordt wakker in je slaapkamer en ontdekt dat er een man in de hoek van je kamer staat. Je bent verbaasd en vertelt hem dat het jouw huis is, dat hij er niet hoort en dat hij weg moet. Maar hij weigert. Sterker nog: de volgende dag heeft hij het zich gemakkelijk gemaakt en een hoekje van de kamer voor zichzelf gereserveerd. Hij gaat niet weg en elke dag pakt hij iets meer ruimte. Je vertelt het je vrienden, maar die vinden het niet zo zorgelijk. Je kunt toch allebei een deel van het huis bewonen? Totdat hij het hele huis heeft overgenomen. En er voor jou geen plek meer is. En je vrienden? Die zeggen: misschien moet je maar een ander huis zoeken.Dit is hoe Rusland te werk gaat. Het is puur egoïsme om dat te laten gebeuren. Politici die beweren dat terugvechten in Oekraïne geen goede strategie is, hebben van vrijheid helemaal niets begrepen. Voor onze vrijheid is een hoge prijs betaald en daarmee hebben wij een grote verantwoordelijkheid om ook andere landen te hulp te schieten.Daarom blijft het CDA schouder aan schouder staan met al die moedige mannen en vrouwen in Oekraïne. En committeren wij ons aan meer geld investeren in onze defensie.Beste vrienden, De oorlog in Oekraïne gaat uiteindelijk over de vraag wie wij als Europa willen zijn. Wat voor ons echt belangrijk is, wat voor ons echt van waarde is. Als Europa alleen maar een economisch project zou zijn, dan zouden we een rekensom maken wat een vrij Oekraïne ons economisch op zou leveren.Ja, sommige politieke partijen denken zo. Ze zien de EU louter als een economisch project. Ze praten over vrijheid, of noemen zich de Partij voor de Vrijheid, maar zijn niet bereid om ook maar iets te doen of te laten voor het beschermen van onze vrijheid. Vrijheid is bij hen niet in goede handen. Vrijheid is bij hen een leeg begrip. Het betekent bij hen niets meer dan

Do you see content on this website that you believe doesn’t belong here?
Check out our disclaimer.